Onzeker liep Seriny over de straat. Ze had haar vleugels uitgeklapt, maar ontzichtbaar gemaakt. Ze liep met haar armen voor zich, haar hand om haar pols geklemt. Net waren er die jongens van toen ze nog leefde, toen ze zo ongeloofelijk idioot tegen haar hadden gedaan. Hun waren de oorzaak geweest. Seriny zuchte en schopte een keer tegen een container aan. Ze keek eens een winkel in. Bah, allemaal eten, vet eten nog wel. Muffins en appeltaart. Seriny keek weer naar voren en kneep even in haar pols. Ze hoefde niet bang te zijn, want ze hoefde niet te eten, dat was voorbij. Een glimlach verscheen op haar gezicht. Maar wat als iemand haar naar het ziekenhuis zou brengen? Daar zou al snel duidelijk zijn dat ze dood was, en dan had een groot probleem. Ze was zo ingedachten dat ze tegen iemand aanbotste. "Oh sorry, ik lette niet op..." zei ze zacht.
[Alec!]